NJ 1997, 56
Alimentatie na echtscheiding / reikwijdte 1:160 BW
HR 12-04-1996, ECLI:NL:HR:1996:ZC2036, m.nt. J. de Boer
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 april 1996
- Magistraten
Royer, Roelvink, Mijnssen, Neleman, Nieuwenhuis, De Vries Lentsch-Kostense
- Zaaknummer
8698
- Noot
J. de Boer
- LJN
ZC2036
- JCDI
JCDI:ADS114428:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Personen- en familierecht / Alimentatie
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1996:ZC2036, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑04‑1996
- Wetingang
BW art. 1:160
Essentie
Alimentatie na echtscheiding. Reikwijdte art. 1:160 BW.
Samenvatting
Niet alleen naar zijn bewoording — het spreekt immers slechts van de ‘gewezen’ echtgenoot — maar ook naar zijn uit de parlementaire geschiedenis ervan blijkende strekking is dit artikel slechts bedoeld toepassing te vinden op de situatie die zich voordoet nadat het huwelijk is geëindigd (vgl. HR 7 okt. 1977, NJ 1978, 312).
Dit brengt mee dat aan een samenleven met een ander, waaraan — zoals in het onderhavige geval — een einde is gekomen vóórdat het echtscheidingsvonnis is ingeschreven in de registers van de burgerlijke ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.