NJ 1996, 437
Noodweg / overgangswet / oproeping eigenaars naburige erven / uitzondering op uitgangspunt 5:57 lid 3 tweede volzin BW
HR 12-04-1996, ECLI:NL:HR:1996:ZC2035
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 april 1996
- Magistraten
Snijders, Roelvink, Mijnssen, Heemskerk, Nieuwenhuis, Hartkamp
- Zaaknummer
16097
- LJN
ZC2035
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Goederenrecht / Burenrecht en mandeligheid
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1996:ZC2035, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑04‑1996
- Wetingang
Essentie
Noodweg. Overgangswet. Oproeping eigenaars naburige erven. Uitzondering op het uitgangspunt van art. 5:57 lid 3 tweede volzin BW.
Samenvatting
Het tegen de vordering gevoerde verweer dat andere percelen meer in aanmerking komen om met een noodweg ten behoeve van eisers perceel te worden belast, kan aanleiding geven tot oproeping van derden als partij in het geding overeenkomstig art. 12a Rv en, naar gelang de aard van het geval, leiden tot afwijzing van de tegen de oorspronkelijke gedaagden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.