NJ 1997, 258
Internationaal privaatrecht / echtscheiding in Nederland na eerdere afwijzing in Frankrijk; erkenning; redelijkheid en billijkheid / Nederlands recht van toepassing / rechtskeuze
HR 26-01-1996, ECLI:NL:HR:1996:ZC1978, m.nt. Th.M. de Boer (Nederlandse echtscheiding na Franse afwijzing)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 januari 1996
- Magistraten
Martens, Neleman, Heemskerk, Nieuwenhuis, Swens-Donner
- Zaaknummer
8673
- Conclusie
A-G Strikwerda
- Noot
Th.M. de Boer
- LJN
ZC1978
- Roepnaam
Nederlandse echtscheiding na Franse afwijzing
- JCDI
JCDI:ADS114392:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Internationaal privaatrecht / Conflictenrecht
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1996:ZC1978, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑01‑1996
- Wetingang
Essentie
Internationaal privaatrecht. Echtscheiding in Nederland na eerdere afwijzing in Frankrijk; erkenning; redelijkheid en billijkheid. Nederlands recht van toepassing. Rechtskeuze.
Samenvatting
De Nederlandse rechter is niet ingevolge enig verdrag, noch ingevolge Nederlands internationaal privaatrecht gehouden tot erkenning van uitspraken van de Franse rechter waarbij een vordering tot echtscheiding wordt ontzegd. Naar Nederlands internationaal privaatrecht staat het de Nederlandse rechter vrij om, wanneer een voor een buitenlandse rechter ingestelde vordering door deze is ontzegd, aan diens uitspraak, aangenomen dat zij aan de voorwaarden voor erkenning van een uitspraak van een buitenlandse rechter voldoet, het gezag toe te kennen, dat hem ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.