NJ 1997, 274
Medisch tuchtrecht / mensenrechten / taak appelrechter; beoordeling in cassatie / aantal instanties / openbare behandeling / toezending gedingstukken aan hogere instantie
HR 19-01-1996, ECLI:NL:HR:1996:ZC1967, m.nt. F.C.B. van Wijmen
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 januari 1996
- Magistraten
Martens, Roelvink, Neleman, Nieuwenhuis, Swens-Donner
- Zaaknummer
8681
- Conclusie
A-G Asser
- Noot
F.C.B. van Wijmen
- LJN
ZC1967
- JCDI
JCDI:ADS114406:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Gezondheidsrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1996:ZC1967, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑01‑1996
- Wetingang
EVRM art. 6; EVRM 7e Protocol art. 2; EVRM 7e Protocol art. 7; IVBP art. 14; Medische Tuchtwet art. 1; Medische Tuchtwet art. 4a; Medische Tuchtwet art. 13a; Regl. medisch tuchtrecht art. 48; Regl. medisch tuchtrecht art. 76; Regl. medisch tuchtrecht art. 84; Regl. medisch tuchtrecht art. 87; Regl. medisch tuchtrecht art. 95
Essentie
Medisch tuchtrecht. Mensenrechten. Taak appelrechter; beoordeling in cassatie. Aantal instanties. Openbare behandeling. Toezending gedingstukken aan hogere instantie.
Samenvatting
Klachten over de afdoening door het hof van op art. 6 EVRM, in samenhang met art. 14 vijfde lid IVBP en art. 2 en 7 van het Zevende Protocol bij het EVRM, gebaseerde bezwaren tegen de gang van zaken in eerste aanleg, falen. Indien immers het hof een of meer van deze bezwaren gegrond zou hebben moeten bevinden, zou het weliswaar de beslissing in eerste aanleg hebben moeten vernietigen, maar dit neemt niet weg ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.