NJ 1996, 364
Uitlegging van in kort geding gegeven bevel tot staken van onrechtmatig geoordeelde concurrerende activiteiten / cassatie; middel; belang
HR 19-01-1996, ECLI:NL:PHR:1996:AD2465 (Becker/Spaan)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 januari 1996
- Magistraten
Royer, Roelvink, Korthals Altes, Neleman, Swens-Donner, Koopmans
- Zaaknummer
15887
- LJN
AD2465
- Roepnaam
Becker/Spaan
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vermogensrecht / Rechtsvorderingen
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1996:AD2465, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑01‑1996
ECLI:NL:PHR:1996:AD2465, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑01‑1996
- Wetingang
BW art. 3:296; Rv (oud) art. 289; Rv (oud) art. 407
Essentie
Uitlegging van in kort geding gegeven bevel tot staken van onrechtmatig geoordeelde concurrerende activiteiten. Cassatie; middel; belang.
Samenvatting
De klacht dat het hof in het dictum van zijn arrest niet heeft vermeld dat het verbod slechts geldt zolang Van der Meijden aandeelhoudster van de vennootschap is, kan bij gebrek aan belang niet tot cassatie leiden. Uit het bestreden arrest blijkt immers dat het onderhavige concurrentiebeding naar 's hofs oordeel uitsluitend geldt zolang Spaan en Van der Meijden aandeelhouders van de vennootschap zijn; gegeven de rol die het beding heeft gespeeld bij 's hofs oordeel dat Becker onrechtmatig handelt, ligt in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.