NJ 1998, 217
Onrechtmatige daad overheid/geen discriminatie door onderscheid naar verblijfsduur bij toekenning tegemoetkoming studiekosten aan vreemdelingen/leerplicht; les- en cursusgeld
HR 22-12-1995, ECLI:NL:HR:1995:ZC1931, m.nt. M. Scheltema
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
22 december 1995
- Magistraten
Royer, Mijnssen, Korthals Altes, Heemskerk, Nieuwenhuis
- Zaaknummer
15877
- Conclusie
A-G Koopmans
- Noot
M. Scheltema
- LJN
ZC1931
- JCDI
JCDI:ADS96372:1
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht (V)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Vreemdelingenrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:ZC1931, Uitspraak, Hoge Raad, 22‑12‑1995
- Wetingang
Essentie
Onrechtmatige daad overheid. Geen discriminatie door onderscheid naar verblijfsduur bij toekenning tegemoetkoming studiekosten aan vreemdelingen. Leerplicht; les- en cursusgeld.
Samenvatting
Bij de toekenning van studietoelagen worden leerlingen die vreemdelingen zijn aan wie het ingevolge art. 9 Vreemdelingenwet is toegestaan in Nederland te verblijven, verschillend behandeld, al naar gelang hun ouders dan wel één van hen ten minste drie jaar onafgebroken in Nederland woonachtig zijn/is of niet. De minister heeft dit onderscheid gegrond op de overweging dat eerst na verloop van een verblijf van drie jaar in Nederland de betrokkenen kunnen worden geacht zodanig in de Nederlandse ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.