NJ 1996, 90
Arbeidsovereenkomst / kennelijk onredelijk ontslag / appelrechter treedt buiten grenzen rechtsstrijd door vordering toe te wijzen op niet gestelde grondslag / onregelmatig ontslag kan kennelijk onredelijk zijn
HR 29-09-1995, ECLI:NL:HR:1995:ZC1830
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
29 september 1995
- Magistraten
Snijders, Roelvink, Mijnssen, Korthals Altes, Neleman, Koopmans
- Zaaknummer
15780
- LJN
ZC1830
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:ZC1830, Uitspraak, Hoge Raad, 29‑09‑1995
- Wetingang
BW art. 7A:1639o; BW art. 7A:1639s; Rv (oud) art. 48
Essentie
Arbeidsovereenkomst. Kennelijk onredelijk ontslag. Appelrechter treedt buiten grenzen rechtsstrijd door vordering toe te wijzen op niet gestelde grondslag. Onregelmatig ontslag kan kennelijk onredelijk zijn.1
Samenvatting
De ingestelde vordering had tot grondslag dat het ontslag kennelijk onredelijk was. Door op grond van art. 1639o schadevergoeding toe te kennen, is de rechtbank buiten de rechtsstrijd van partijen in appel getreden en heeft zij de grondslag van de vordering verlaten. Daaraan doet niet af dat de werknemer, geconfronteerd met de opvatting van de rechtbank dat in casu niet art. 1639s maar wel art. 1639o van toepassing was, en door de rechtbank gesteld voor de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.