NJ 1995, 749
Verzet tegen beslissing griffier Hoge Raad betreffende vaststelling in onteigeningszaak aan onteigende partij in rekening te brengen vast recht
HR 17-07-1995, ECLI:NL:PHR:1995:AD2376 (Meijer)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 juli 1995
- Magistraten
Stoffer, Urlings, Zuurmond, Herrmann, Fleers, Loeb
- Zaaknummer
8692
- LJN
AD2376
- Roepnaam
Meijer
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:AD2376, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑07‑1995
ECLI:NL:PHR:1995:AD2376, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑07‑1995
- Wetingang
WTBZ art. 2
Essentie
Verzet tegen beslissing van de griffier van de Hoge Raad betreffende vaststelling van het in een onteigeningszaak aan de onteigende partij in rekening te brengen vast recht.
Samenvatting
Hoge Raad: In onteigeningszaken waarin de vast te stellen schadeloosstelling(en) in geschil is (zijn), strekt de eis tot onteigening en bepaling van het door de onteigenende partij te betalen bedrag der schadeloosstelling. Derhalve strekt de eis niet ‘tot betaling van een bepaalde geldsom’ als bedoeld in art. 2 lid 2 onder b en c en lid 3 onder b en c Wet tarieven in burgerlijke zaken, waaronder ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.