NJ 1996, 16
Voogdij en toeziende voogdij: 8 EVRM / in belang van kinderen geen contact met vader; informatieregeling
HR 09-06-1995, ECLI:NL:HR:1995:ZC1755, m.nt. J. de Boer
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
9 juni 1995
- Magistraten
Martens, Mijnssen, Heemskerk, Nieuwenhuis, Swens-Donner, Moltmaker
- Zaaknummer
8619
- Noot
J. de Boer
- LJN
ZC1755
- JCDI
JCDI:ADS114415:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:ZC1755, Uitspraak, Hoge Raad, 09‑06‑1995
- Wetingang
EVRM art. 8; BW art. 1:161; BW art. 1:161a; BW art. 1:307; BW art. 1:308; BW art. 1:309; BW art. 1:310; BW art. 1:311; BW art. 1:312; BW art. 1:313; BW art. 1:314; BW art. 1:315; BW art. 1:316; BW art. 1:317; BW art. 1:318; BW art. 1:319
Essentie
Voogdij en toeziende voogdij; art. 8 EVRM. In belang van kinderen geen contact met vader; informatieregeling.
Samenvatting
Door de benoeming na echtscheiding van één der ouders tot voogd over hun minderjarige kinderen eindigt de tevoren bestaande toestand dat beide ouders gezamenlijk de ouderlijke macht over de kinderen uitoefenen. Dit levert voor de andere ouder een inmenging op in diens gezinsleven in de zin van art. 8 EVRM. Deze inmenging behoort niet verder te gaan dan door de omstandigheden van het geval — waaronder in de eerste plaats de belangen van de kinderen — wordt gerechtvaardigd. Daarin ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.