NJ 1996, 317
Internationaal goederenvervoer over de weg / aflevering in de zin van het CMR-Verdrag en einde van de vervoerovereenkomst
HR 24-03-1995, ECLI:NL:HR:1995:ZC1677, m.nt. R.E. Japikse (Mars)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 maart 1995
- Magistraten
Royer, Roelvink, Mijnssen, Korthals Altes, Nieuwenhuis, Strikwerda
- Zaaknummer
15600
- Noot
R.E. Japikse
- LJN
ZC1677
- Roepnaam
Mars
- JCDI
JCDI:ADS63120:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vervoersrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:ZC1677, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑03‑1995
- Wetingang
CMR art. 17
Essentie
Internationaal goederenvervoer over de weg. Aflevering in de zin van het CMR-Verdrag en einde van de vervoerovereenkomst.
Samenvatting
De opvatting dat onder aflevering (‘delivery’/‘livraison’) als bedoeld in art. 17 lid 1 CMR slechts kan worden verstaan de feitelijke lossing of afgifte van de vervoerde goederen is onjuist. In gevallen waarin ingevolge de vervoerovereenkomst het lossen van de lading door de wederpartij van de vervoerder dient te geschieden, ligt het voor de hand het tijdstip waarop de wederpartij na aankomst ter destinatie de feitelijke beschikking over de goederen verkrijgt, aan te merken als het tijdstip van aflevering.
Zoals ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.