NJ 1996, 472
Faillissement; inlossing zekerheidseigendom door curator; verval bodembeslag fiscus / pauliana; onrechtmatige daad / beleidsvrijheid curator; meewegen maatschappelijke belangen
HR 24-02-1995, ECLI:NL:HR:1995:ZC1643, m.nt. W.M. Kleijn (Ontvanger/Gerritse, Sigmacon II)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 februari 1995
- Magistraten
Snijders, Mijnssen, Korthals Altes, Neleman, Nieuwenhuis, Hartkamp
- Zaaknummer
15573
- Noot
W.M. Kleijn
- LJN
ZC1643
- Roepnaam
Ontvanger/Gerritse
Sigmacon II
- JCDI
JCDI:ADS63078:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Insolventierecht / Faillissement
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Invordering (V)
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:ZC1643, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑02‑1995
- Wetingang
BW art. 3:48; BW art. 6:162; BW art. 1377 (oud); BW art. 1401 (oud); Fw art. 58; Inv.w 1845 art. 16
Essentie
Faillissement; inlossing zekerheidseigendom door curator; verval bodembeslag fiscus. Pauliana; onrechtmatige daad. Beleidsvrijheid curator; meewegen maatschappelijke belangen.
Samenvatting
Vervolg van HR 12 mei 1989, NJ 1990, 130.
Een individuele schuldeiser van de gefailleerde kan niet met een beroep op art. 1377 BW (oud) opkomen tegen rechtshandelingen door de curator met derden verricht in dier voege dat de curator gelijk wordt gesteld met de schuldenaar in de zin van dat artikel (HR 12 april 1985, NJ 1986, 808). Wel is mogelijk dat een schuldeiser die voor een vordering op de gefailleerde verhaal heeft op goederen van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.