NJ 1996, 298
Geldigheid herstelexploit als geïntimeerde zaak heeft doen inschrijven / bevoegdheid enkelvoudige kamer tot verlenen verstek en ontslag van instantie tegen niet-verschenen appellante / niet-verschijnen eiser op door hem bij herstelexploit aan gedaagde betekende rechtsdag; eisen van behoorlijke rechtspleging; aanhouden zaak
HR 17-02-1995, ECLI:NL:HR:1995:ZC1635, m.nt. H.J. Snijders (AFN/Staal Bankiers)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 februari 1995
- Magistraten
Martens, Mijnssen, Neleman, Heemskerk, Nieuwenhuis, Asser
- Zaaknummer
15560
- Noot
H.J. Snijders
- LJN
ZC1635
- Roepnaam
AFN/Staal Bankiers
- JCDI
JCDI:ADS142526:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:ZC1635, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑02‑1995
- Wetingang
Rv (oud) art. 75; Rv (oud) art. 139; Rv (oud) art. 344
Essentie
Geldigheid herstelexploit in verband met omstandigheid dat geïntimeerde zaak heeft doen inschrijven. Bevoegdheid enkelvoudige kamer tot verlenen verstek en ontslag van instantie tegen niet-verschenen appellante. Niet-verschijnen eiser op door hem bij herstelexploit aan gedaagde betekende rechtsdag; eisen van behoorlijke rechtspleging; aanhouden van de zaak.
Samenvatting
Voor de geldigheid van het herstelexploit doet niet terzake op verzoek van welke partij die inschrijving is geschied.
Een redelijke toepassing van art. 344 Rv brengt mee dat de daar bedoelde enkelvoudige kamer bevoegd is tot het nemen van een beslissing als de onderhavige (verlenen verstek en ontslag van instantie tegen niet-verschenen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.