NJ 1995, 213
Kort geding / huur woonruimte; ontruiming en schadevergoeding / gezag van gewijsde; verbod van herhaling; ne bis in idem / misbruik van procesrecht
HR 16-12-1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1583
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
16 december 1994
- Magistraten
Martens, Roelvink, Korthals Altes, Neleman, Nieuwenhuis, Asser
- Zaaknummer
15551
- LJN
ZC1583
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Huurrecht / Algemeen
Huurrecht / Huur van woonruimte
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:ZC1583, Uitspraak, Hoge Raad, 16‑12‑1994
- Wetingang
BW art. 7A:1623a; BW art. 7A:1623b; BW art. 7A:1623c; BW art. 7A:1623d; BW art. 7A:1623e; BW art. 7A:1623f; BW art. 7A:1623g; BW art. 7A:1623h; BW art. 7A:1623i; BW art. 7A:1623j; BW art. 7A:1623k; BW art. 7A:1623l; BW art. 7A:1623m; BW art. 7A:1623n; BW art. 7A:1623o; Rv (oud) art. 67; Rv (oud) art. 289
Essentie
Kort geding. Huur woonruimte; ontruiming en schadevergoeding. Gezag van gewijsde; verbod van herhaling; ne bis in idem. Misbruik van procesrecht.
Samenvatting
Aan een vonnis in kort geding komt geen gezag van gewijsde als bedoeld in art. 67 Rv toe. Een vonnis in kort geding bevat immers slechts voorlopige oordelen en beslissingen waaraan partijen niet in de bodemprocedure en evenmin in een later kort geding gebonden zijn.
De enkele omstandigheid dat de eisende partij in kort geding niet in hoger beroep was gekomen van het vonnis in een eerder kort geding waarin hij (mede) dezelfde feiten aan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.