NJ 1995, 237
Betekening dagvaarding en verstekvonnis aan geestelijk gestoorde in persoon / aanvang verzettermijn
HR 18-11-1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1542, m.nt. H.E. Ras
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 november 1994
- Magistraten
Martens, Roelvink, Heemskerk, Nieuwenhuis, Swens-Donner, Asser
- Zaaknummer
15518
- Noot
H.E. Ras
- LJN
ZC1542
- JCDI
JCDI:ADS63083:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:ZC1542, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑11‑1994
- Wetingang
Rv (oud) art. 1; Rv (oud) art. 81
Essentie
Betekening van dagvaarding en verstekvonnis aan geestelijk gestoorde in persoon. Aanvang verzettermijn.
Samenvatting
Het belang dat derden hebben bij rechtszekerheid in het rechtsverkeer, wettigt dat aan een meerderjarige die aan een geestesstoornis lijdt, maar niet onder curatele is gesteld, exploiten rechtsgeldig kunnen worden uitgebracht.
Een geestesstoornis kan echter wel van invloed zijn op het rechtsgevolg dat art. 81 lid 1 Rv verbindt aan de betekening van een verstekvonnis aan de veroordeelde in persoon: de aanvang van de termijn van verzet. Deze bepaling berust immers op de grondgedachte dat door de betekening aan de veroordeelde in persoon deze ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.