NJ 1995, 125:BOPZ / machtiging tot voortgezet verblijf; beoordeling ex nunc; hoorplicht na cassatie en verwijzing; ouderdom geneeskundige verklaring na cassatie en verwijzing; beslistermijn rechtbank

NJ 1995, 125

BOPZ / machtiging tot voortgezet verblijf; beoordeling ex nunc; hoorplicht na cassatie en verwijzing; ouderdom geneeskundige verklaring na cassatie en verwijzing; beslistermijn rechtbank

Documentgegevens:

HR 28-10-1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1514, m.nt. J. de Boer

Instantie: Hoge Raad
Datum: 28 oktober 1994
Magistraten: Snijders, Roelvink, Mijnssen, Neleman, Heemskerk, Asser
Zaaknummer: 8561
Noot: J. de Boer
LJN: ZC1514
JCDI: JCDI:ADS57919:1
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Gezondheidsrecht / Algemeen
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
Bestuursrecht algemeen (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1994:ZC1514, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑10‑1994
Wetingang: BOPZ art. 8; BOPZ art. 15; BOPZ art. 16; BOPZ art. 17; BOPZ art. 48

Essentie

Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (BOPZ). Machtiging tot voortgezet verblijf; beoordeling ex nunc; hoorplicht na cassatie en verwijzing; ouderdom geneeskundige verklaring na cassatie en verwijzing; beslistermijn rechtbank.

Samenvatting

De rechtbank diende, nadat haar eerste beschikking was vernietigd en de zaak ter verdere behandeling en beslissing naar haar teruggewezen was, de vordering van de officier te beoordelen op basis van de feiten en omstandigheden die zich ten tijde van haar nieuwe beslissing voordeden. Weliswaar gaat het na cassatie en verwijzing door de Hoge Raad om voortzetting van dezelfde procedure, maar de aard van een procedure als de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.