RvdW 1994, 173
HR, 16-09-1994, nr. 8488
HR 16-09-1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1450
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
16 september 1994
- Magistraten
Royer, Roelvink, Korthals Altes, Neleman, Nieuwenhuis
- Zaaknummer
8488
- LJN
ZC1450
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht (V)
Staatsrecht / Nationaliteitsrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:ZC1450, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 16‑09‑1994
ECLI:NL:PHR:1994:17, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑06‑1994
- Wetingang
Toescheidingsovereenkomst Ned-Suriname art. 2; Toescheidingsovereenkomst Ned-Suriname art. 5; Rijkswet Nederlanderschap art. 3; Rijkswet Nederlanderschap art. 4; Rijkswet Nederlanderschap art. 5; Rijkswet Nederlanderschap art. 6; Rijkswet Nederlanderschap art. 7; Rijkswet Nederlanderschap art. 8; Rijkswet Nederlanderschap art. 9; Rijkswet Nederlanderschap art. 10; Rijkswet Nederlanderschap art. 11; Rijkswet Nederlanderschap art. 12; Rijkswet Nederlanderschap art. 13
Essentie
Nationaliteitsrecht.
Samenvatting
De wijzen waarop het Nederlanderschap wordt verkregen, zijn limitatief voorzien in de Wet op het Nederlanderschap en de Toescheidingsovereenkomst. Daaronder is niet begrepen een verkrijging door de werking van enig algemeen beginsel van behoorlijk bestuur.
Partij(en)
Ramjharie Chitoe, te Amsterdam, verzoekster tot cassatie, adv. mr. M.D. Winter,
tegen
De Staat der Nederlanden (Ministerie van Justitie), te 's Gravenhage, verweerder in cassatie, niet verschenen.
Uitspraak
Rechtbank:
(…)
6
Beoordeling van het verzoek.
6.1
Op 25 november 1975 woonde Chitoe in Nederland en behield zij de Nederlandse nationaliteit die zij bij haar geboorte had verkregen.
6.2
Vervolgens is Chitoe ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.