NJ 1995, 578
Vordering vennootschap op onverdeelde nalatenschap / geen vereenzelviging vennootschap met directeur/groot aandeelhouder tevens erfgenaam / gehoudenheid deelgenoten tot betaling vordering en effect op hun interne verhouding
HR 24-06-1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1412, m.nt. W.M. Kleijn
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 juni 1994
- Magistraten
Snijders, Mijnssen, Neleman, Heemskerk, Swens-Donner, Strikwerda
- Zaaknummer
8398
- Noot
W.M. Kleijn
- LJN
ZC1412
- JCDI
JCDI:ADS63637:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Ondernemingsrecht (V)
Vermogensrecht (V)
Financieel recht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:ZC1412, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑06‑1994
- Wetingang
BW art. 1146; BW art. 1147; BW art. 1335 (oud); BW (Ned. Antillen) art. 1126; BW (Ned. Antillen) art. 1127; BW (Ned. Antillen) art. 1316
Essentie
Vordering vennootschap op onverdeelde nalatenschap. Geen vereenzelviging vennootschap met directeur/groot aandeelhouder tevens erfgenaam. Gehoudenheid deelgenoten tot betaling vordering en het effect op hun interne verhouding.
Samenvatting
De vennootschap kan niet worden vereenzelvigd met een van de erfgenamen op de enkele grond dat deze bestuurder van de vennootschap is en de meerderheid van de aandelen daarin houdt;
De vennootschap vordert betaling van een geldsom, een naar haar aard deelbare prestatie. De deelgenoten zijn derhalve krachtens art. 1127 en 1316 BWNA (= art. 4:1147 BW en 1335 BW (oud)) ieder naar evenredigheid van zijn of haar aandeel in de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.