NJ 1994, 575
Antilliaanse zaak / beroep op arbitraal beding / ontvankelijkheid / geen exceptief verweer
HR 27-05-1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1379
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
27 mei 1994
- Magistraten
Royer, Roelvink, Mijnssen, Korthals Altes, Swens-Donner, Mok
- Zaaknummer
8315
- LJN
ZC1379
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:ZC1379, Uitspraak, Hoge Raad, 27‑05‑1994
- Wetingang
Rv (Ned. Antillen) art. 500
Essentie
Antilliaanse zaak. Beroep op arbitraal beding. Ontvankelijkheid. Geen exceptief verweer.
Samenvatting
Naar Nederlands-Antilliaans burgerlijk procesrecht mag een beroep op een arbitraal beding niet worden aangemerkt als een vóór alle weren op te werpen exceptief verweer, doch het is te beschouwen als een verweer ten principale, dat ook ná conclusie van antwoord kan worden gevoerd en dat, indien gegrond, leidt tot niet-ontvankelijkheid van de bij de overheidsrechter ingestelde vordering. Gelijk aan vroeger geldend Nederlands recht.
Partij(en)
De rechtspersoon naar Italiaans recht Medio Credito Toscano SpA, per 1 januari 1993 rechtsopvolgster onder algemene titel van de toen opgeheven rechtspersoon naar ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.