NJ 1994, 521
Verzet dwangbevel inzake kosten van bij wege van politiedwang uitgevoerde onderhoudswerken aan pand / ontvangst aanschrijving / formele rechtskracht; ‘Rechtsmittelbelehrung’
HR 08-04-1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1326
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 april 1994
- Magistraten
Martens, Roelvink, Korthals Altes, Neleman, Nieuwenhuis, Mok
- Zaaknummer
15339
- LJN
ZC1326
- Vakgebied(en)
Bestuursprocesrecht / Hoger beroep
Onbekend (V)
Fiscaal procesrecht / Beroepsfase
Vermogensrecht / Rechtshandelingen
Staatsrecht / Decentralisatie
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Fiscaal bestuursrecht / Bezwaarfase
Bestuursprocesrecht / Administratief beroep
Bestuursrecht algemeen / Bestuursbevoegdheden
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Bestuursprocesrecht / Beroep
Bestuursprocesrecht / Bezwaar
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:ZC1326, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑04‑1994
- Wetingang
Essentie
Verzet dwangbevel inzake kosten van bij wege van politiedwang uitgevoerde onderhoudswerken aan pand. Ontvangst aanschrijving. Formele rechtskracht; ‘Rechtsmittelbelehrung’.
Samenvatting
Middel mist feitelijke grondslag: het hof heeft niet, met toepassing van de thans in art. 3:37 lid 3 BW neergelegde regel, onderzocht of de aanschrijving, ingeval zij de betrokkene niet zou hebben bereikt, nochtans werking zou hebben, maar heeft vastgesteld dat de aanschrijving betrokkene heeft bereikt.
Conclusie OM: mede over de vraag of er een uitzondering moet worden toegelaten op het beginsel van de formele rechtskracht van de waarschuwing op grond van art. 152 lid 2 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.