NJ 1994, 368
Medische aansprakelijkheid / stelplicht en bewijslast bij beweerde kunstfout arts
HR 18-02-1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1269 (Kunstfout II,Schepers/De Bruijn)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 februari 1994
- Magistraten
Snijders, Mijnssen, Korthals Altes, Heemskerk, Nieuwenhuis, Asser
- Zaaknummer
15249
- LJN
ZC1269
- Roepnaam
Kunstfout II
Schepers/De Bruijn
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Gezondheidsrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:ZC1269, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑02‑1994
- Wetingang
Rv (oud) art. 177
Essentie
Medische aansprakelijkheid. Stelplicht en bewijslast bij beweerde kunstfout arts.
Samenvatting
Na een buikoperatie met complicaties krijgt patiënte een nabloeding. Het hof belast op grond van de stellingen van partijen de arts met het bewijs van zijn stelling dat hij patiënte heeft geadviseerd gedurende zes weken geen samenleving te hebben.
Hoge Raad: tegen de achtergrond van hetgeen is overwogen in HR 20 nov. 1987, NJ 1988, 500— te weten dat van de arts die door een patiënt wordt beticht van een kunstfout, kan worden verlangd dat hij voldoende feitelijke gegevens verstrekt ter motivering van zijn betwisting van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.