NJ 1994, 421
Huurovereenkomst; onderhuur / toepasselijkheid 7A:1623k BW (inzake voortzetting huurovereenkomst met onderhuurder) in geval (hoofd)huurovereenkomst niet in haar geheel betrekking heeft op woonruimte (van 1623a BW)
HR 28-01-1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1244, m.nt. P.A. Stein (AHAM/Malherbe)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 januari 1994
- Magistraten
Royer, Roelvink, Mijnssen, Neleman, Heemskerk, Leijten
- Zaaknummer
14943
- Noot
P.A. Stein
- LJN
ZC1244
- Roepnaam
AHAM/Malherbe
- JCDI
JCDI:ADS124996:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Huurrecht / Algemeen
Huurrecht / Huur van woonruimte
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:ZC1244, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 28‑01‑1994
- Wetingang
BW art. 7A:1623k; BW art. 7A:1624
Essentie
Huurovereenkomst; onderhuur. Toepasselijkheid art. 7A:1623k BW (inzake voortzetting huurovereenkomst met onderhuurder) in geval de (hoofd)huurovereenkomst niet in haar geheel betrekking heeft op woonruimte in de zin van art. 1623a BW.
Samenvatting
Art. 7A:1623k BW kan slechts toepassing vinden bij beëindiging van een (hoofd)huurovereenkomst, die — althans voor wat betreft het onderverhuurde gedeelte van het gehuurde — is te beschouwen als een overeenkomst van huur en verhuur van woonruimte, waarop art. 1623a e.v. van toepassing zijn (HR 29 okt. 1982, NJ 1983, 213). Hierbij is niet doorslaggevend dat een onderverhuurd gedeelte van een als bedrijfsruimte verhuurd pand is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.