NJ 1993, 365
HR, 26-02-1993, nr. 14915
HR 26-02-1993, ECLI:NL:HR:1993:ZC0887, m.nt. H.E. Ras
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 februari 1993
- Magistraten
Snijders, Bloembergen, Mijnssen, Davids, Heemskerk, Vranken
- Zaaknummer
14915
- Noot
H.E. Ras
- LJN
ZC0887
- JCDI
JCDI:ADS156563:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1993:ZC0887, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑02‑1993
- Wetingang
Rv (oud) art. 825e lid 2
Essentie
Belang bij instellen hoger beroep tegen vonnis inhoudende echtscheiding en vaststelling alimentatie; einde voorlopige alimentatie. Aard hoger beroep.
Samenvatting
Uit de bepaling van art. 825e lid 2 (oud) Rv volgt dat de voorlopige voorziening met betrekking tot het levensonderhoud van de vrouw haar kracht zou verliezen op het tijdstip van inschrijving van het vonnis in de registers van de burgerlijke stand. Indien op dat tijdstip nog geen beslissing zou zijn gegeven op de in de hoofdzaak door de vrouw ingestelde alimentatievordering, zou de vrouw het gevaar lopen van alimentatie verstoken te blijven tot het moment waarop ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.