NJ 1993, 364
HR, 19-02-1993, nr. 14909
HR 19-02-1993, ECLI:NL:HR:1993:ZC0871, m.nt. H.E. Ras
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 februari 1993
- Magistraten
Royer, Bloembergen, Mijnssen, Korthals Altes, Heemskerk, Vranken
- Zaaknummer
14909
- Noot
H.E. Ras
- LJN
ZC0871
- JCDI
JCDI:ADS156525:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1993:ZC0871, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑02‑1993
- Wetingang
Rv (oud) art. 356
Essentie
Uitleg grieven; conclusie appeldagvaarding; conventie-reconventie.
Samenvatting
De door de rechtbank in reconventie gegeven beslissing dat de vordering tot vergoeding van de als gevolg van het conservatoir beslag geleden en nog te lijden schade moet worden afgewezen, vloeit voort uit haar oordeel dat de vordering in conventie voor toewijzing vatbaar is en het beslag derhalve niet onrechtmatig is gelegd. In het licht hiervan, en in aanmerking genomen dat de conclusie van de appeldagvaarding mede strekte tot toewijzing alsnog van de vordering in reconventie, laat de memorie van grieven geen andere conclusie toe dan dat de tegen de toewijzende beslissing in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.