NJ 1992, 446
HR, 10-04-1992, nr. 14541
HR 10-04-1992, ECLI:NL:HR:1992:ZC0567
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 april 1992
- Magistraten
Snijders, Bloembergen, Roelvink, Davids, Neleman, Asser
- Zaaknummer
14541
- LJN
ZC0567
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1992:ZC0567, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑04‑1992
- Wetingang
Rv (oud) art. 68
Essentie
Vrijwaringsvereisten.
Samenvatting
De eis dat tussen de vordering in de hoofdzaak en de vordering in vrijwaring een rechtstreeks verband bestaat wordt niet gesteld. Voldoende is dat de waarborg krachtens zijn rechtsverhouding tot de gewaarborgde verplicht is de nadelige gevolgen van een veroordeling van de gewaarborgde in de hoofdzaak te dragen.
Evenmin is voor het toestaan van de oproeping in vrijwaring vereist het bestaan van een verplichting van de waarborg tot processuele bijstand aan de gewaarborgde.
Indien aan de vereisten voor het toestaan van oproeping in vrijwaring in beginsel is voldaan dient de rechter over te gaan tot ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.