NJ 1992, 766
HR, 14-02-1992, nr. 7977
HR 14-02-1992, ECLI:NL:HR:1992:ZC0510, m.nt. E.A.A. Luijten
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 februari 1992
- Magistraten
De Groot, Hermans, Haak, Moltmaker
- Zaaknummer
7977
- Noot
E.A.A. Luijten
- LJN
ZC0510
- JCDI
JCDI:ADS142992:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1992:ZC0510, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑02‑1992
- Wetingang
BW art. 1:161a
Essentie
Omgangsrecht. Tijdelijke ontzegging daarvan.
Samenvatting
Het hof is van oordeel dat er thans een omgangsregeling getroffen zou moeten worden tussen verzoeker in cassatie (de vader) en zijn minderjarige zoon, maar dat de afweer van de moeder (verweerster in cassatie) zo groot is, dat het voor de gemoedsrust van het kind gewenst voorkomt dat de moeder een periode gegund wordt om zich voor te bereiden op een regelmatig contact tussen het kind en zijn vader. Op die grond heeft het hof een omgangsregeling getroffen onder bepaling dat deze na een jaar zal ingaan.
Hoge Raad: Anders dan het middel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.