NJ 1992, 318
HR, 31-01-1992, nr. 14461
HR 31-01-1992, ECLI:NL:HR:1992:ZC0489
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
31 januari 1992
- Magistraten
Martens, De Groot, Roelvink, Davids, Heemskerk, Hartkamp
- Zaaknummer
14461
- LJN
ZC0489
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Goederenrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1992:ZC0489, Uitspraak, Hoge Raad, 31‑01‑1992
- Wetingang
art. 562 BW (oud); art. 563 BW (oud)
Essentie
Onroerend bestanddeel naar oud recht.
Samenvatting
Hoewel de bepaling van art. 563 lid 2 (oud) BW deel uitmaakt van art. 563 dat handelt over het door bestemming onroerend worden van zaken, blijft haar betekenis beperkt tot de daarin gegeven omschrijving van het ‘aard- of nagelvast’ zijn van voorwerpen, verbonden met een onroerende zaak, als bedoeld in de slotwoorden van art. 562. Indien voorwerpen aard- of nagelvast zijn in de zin van art. 562, zijn zij reeds daarom onroerend en is hun bestemming niet relevant voor de vraag of zij onroerend zijn.
Partij(en)
Beheer- en Beleggingsmaatschappij Gouderak BV, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.