NJ 1992, 121
HR, 01-11-1991, nr. 14586
HR 01-11-1991, ECLI:NL:HR:1991:ZC0397
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
1 november 1991
- Magistraten
Snijders, Bloembergen, Roelvink, Davids, Heemskerk, Koopmans
- Zaaknummer
14586
- LJN
ZC0397
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Bestuursprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1991:ZC0397, Uitspraak, Hoge Raad, 01‑11‑1991
- Wetingang
WROM art. 9
Essentie
Rechtsverhouding advocaat en client in het licht van de Wet rechtsbijstand aan on- en minvermogenden.
Samenvatting
De rechtsverhouding tussen de advocaat en de client brengt mee dat de advocaat verplicht is met zijn client niet alleen bij het begin van de zaak maar ook telkens wanneer daartoe redelijkerwijs aanleiding bestaat te overleggen of er termen zijn te trachten gratis rechtsbijstand of rechtsbijstand tegen verminderd tarief te verkrijgen, zulks tenzij de advocaat goede gronden heeft om aan te nemen dat zijn client niet voor zodanige rechtsbijstand in aanmerking komt. Indien de advocaat deze verplichting niet nakomt en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.