NJ 1990, 516
HR, 06-04-1990, nr. 14207
HR 06-04-1990, ECLI:NL:PHR:1990:AB9374
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 april 1990
- Magistraten
Martens, Hermans, Bloembergen, Roelvink, Boekman, Asser
- Zaaknummer
14207
- LJN
AB9374
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1990:AB9374, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑04‑1990
ECLI:NL:PHR:1990:AB9374, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑04‑1990
- Wetingang
BW art. 1:180; Rv (oud) art. 67
Essentie
Vordering tot ontbinding huwelijk. Pensioenverweer. Gezag van gewijsde. Maatstaf te treffen voorziening.
Samenvatting
Na een eerdere procedure tot ontbinding van het huwelijk na scheiding van tafel en bed die voor de man vastliep op het pensioenverweer van de vrouw (HR 4 juni 1976, NJ 1977, 265) vordert de man opnieuw ontbinding. Juist is 's hofs oordeel dat het gezag van gewijsde van de eerdere uitspraak van het hof er niet aan in de weg staat dat de man thans opnieuw een vordering tot ontbinding instelt, wanneer hij aan die vordering gewijzigde, voor de rechtsbetrekking in geschil relevante ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.