AB 1991, 430
HR, 12-01-1990, nr. 13743
HR 12-01-1990, ECLI:NL:PHR:1990:AC2326, m.nt. F.J. van Ommeren
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 januari 1990
- Magistraten
Martens, De Groot, Bloembergen, Haak, Roelvink, Mok
- Zaaknummer
13743
- Noot
F.J. van Ommeren
- LJN
AC2326
- JCDI
JCDI:ADS190105:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vermogensrecht (V)
Bestuursrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1990:AC2326, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑01‑1990
ECLI:NL:PHR:1990:AC2326, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑01‑1990
- Wetingang
Wet Arob art. 2; Reg. steun aan individuele bedrijven; BW art. 668; NBW art. 3:83; NBW art. 3.4.2.1
Essentie
Privatisering. Kredietverlening door Staat. Overeenkomst naar burgerlijk recht met publiekrechtelijk karakter. Aard van het krediet die zich tegen overdracht verzet. Typische positie van de Staat. Functie van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur.
Samenvatting
Bij gebreke van een wettelijke bepaling daaromtrent heeft het hof terecht beslissend geacht of de aard van het krediet zich tegen overdracht verzette. De volgende, in onderling verband te beschouwen elementen uit de rechtsverhouding tussen de Staat en Appels zijn hierbij voor het hof beslissend geweest:
1. De ‘typische positie waarin de Staat zich als overheid jegens Appels bevindt’. Hierbij doelt het hof ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.