NJ 1990, 699
HR, 03-11-1989, nr. 13650
HR 03-11-1989, ECLI:NL:HR:1989:ZC8267, m.nt. J.B.M. Vranken
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
3 november 1989
- Magistraten
Martens, Bloembergen, Haak, Roelvink, Davids, Mok
- Zaaknummer
13650
- Noot
J.B.M. Vranken
- LJN
ZC8267
- JCDI
JCDI:ADS142331:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Premieheffing (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1989:ZC8267, Uitspraak, Hoge Raad, 03‑11‑1989
- Wetingang
ZW art. 60 lid 4; WAO art. 77 lid 3; WW art. 25 lid 3
Essentie
Verhaal-achteraf van ten onrechte niet ingehouden premies voor de verplichte sociale verzekeringspremies (Ziektewet, Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), Werkloosheidswet (WW)).
Samenvatting
Met art. 60 lid 4 Ziektewet, art. 77 lid 3 WAO en art. 25 lid 3 WW is niet te verenigen dat de werkgever in een geval als het onderhavige een bevoegdheid tot verhaal achteraf op de werknemer zou hebben. (Zie ook TVVS 1990/1, p. 16 ( MGR); Prg. 1990, 3181, p. 9; AB 1990, 219 (m.nt. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.