NJ 1990, 391
HR, 20-10-1989, nr. 7488
HR 20-10-1989, ECLI:NL:PHR:1989:AD0916, m.nt. J.B.M. Vranken
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 oktober 1989
- Magistraten
Snijders, De Groot, Hermans, Boekman, Davids, Van Soest
- Zaaknummer
7488
- Noot
J.B.M. Vranken
- LJN
AD0916
- JCDI
JCDI:ADS114254:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Personen- en familierecht / Alimentatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1989:AD0916, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑10‑1989
ECLI:NL:PHR:1989:AD0916, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑10‑1989
- Wetingang
Rv (oud) art. 825b lid 1 onder b; BW art. 1:406 lid 1; BW art. 1:406 lid 2
Essentie
Voogdij en kinderalimentatie na echtscheiding.
Samenvatting
De rechter die daarover uitspraak moet doen, kan desverzocht tevens beoordelen of de niet tot voogd benoemde ouder ook moet bijdragen over de aan het begin van de voogdij voorafgaande periode gedurende welke de kinderen reeds verbleven bij de tot voogd benoemde ouder. Verwijzing naar HR 16 okt. 1981, NJ 1981, 658.
Partij(en)
X, te A, verzoekster tot cassatie, incidenteel verweerster, adv. Mr. J.C. van Oven,
tegen
Y, te A, verweerder in cassatie, incidenteel eiser, adv. Mr. A.J. Bakx.
Voorgaande uitspraak
Gerechtshof:
2
De feiten en omstandigheden
Bij de mondelinge ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.