NJ 1990, 382
HR, 30-06-1989, nr. 13595: De Regt Beton/Veghel
HR 30-06-1989, ECLI:NL:PHR:1989:AD0853, m.nt. J.B.M. Vranken (De Regt Beton/Veghel)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
30 juni 1989
- Magistraten
Snijders, De Groot, Verburgh, Roelvink, Davids
- Zaaknummer
13595
- Conclusie
A-G Franx
- Noot
J.B.M. Vranken
- LJN
AD0853
- Roepnaam
De Regt Beton/Veghel
- JCDI
JCDI:ADS161112:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Fiscaal ondernemingsrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1989:AD0853, Uitspraak, Hoge Raad, 30‑06‑1989
ECLI:NL:PHR:1989:AD0853, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑06‑1989
- Wetingang
Rv (oud) art. 157b; Rv (oud) art. 328; Rv (oud) art. 337; EVRM art. 6 lid 1
Essentie
Eenvoudige aantekeningen in de zin van art. 328 Rv. Bevoegdheidsincident. Bindende eindbeslissingen. Partijdigheid rechter. Mensenrechten.
Samenvatting
In het kader van de beantwoording van de bevoegdheidsvraag zijn beslissingen genomen omtrent geschilpunten die in de hoofdzaak van belang zijn. Strekking van art. 157b Rv. Uitzondering op de regel dat rechter niet mag terugkomen op uitdrukkelijk en zonder voorbehoud gegeven beslissingen in tussenvonnis. Geen partijdigheid van de rechter die in de hoofdzaak beslist, art. 6 lid 1 Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM).
Partij(en)
De Regt Beton BV, te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.