NJ 1989, 258
HR, 07-10-1988, nr. 13305
HR 07-10-1988, ECLI:NL:PHR:1988:AB9980, m.nt. P.A. Stein
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
7 oktober 1988
- Magistraten
Snijders, Van Den Blink, De Groot, Haak, Roelvink, Franx
- Zaaknummer
13305
- Noot
P.A. Stein
- LJN
AB9980
- JCDI
JCDI:ADS156377:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Arbeidsrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1988:AB9980, Uitspraak, Hoge Raad, 07‑10‑1988
ECLI:NL:PHR:1988:AB9980, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑10‑1988
- Wetingang
BW art. 1639o; RO art. 99 lid 1 onder 2°; Rv (oud) art. 59 lid 1 onder 3°
Essentie
Arbeidsovereenkomst. Ontslag op staande voet wegens een dringende reden. Feitelijk oordeel.
Samenvatting
Door de werkgever als dringende reden voor ontslag aan de werknemer medegedeeld feitencomplex waarvan, na betwisting door de werknemer, slechts een gedeelte in rechte komt vast te staan: dringende, onverwijld meegedeelde reden in de zin der wet? Motivering.
Partij(en)
Jan Stoof, te Zoeterwoude, eiser tot cassatie, adv. Mr. J.J. Dekker,
tegen
De gem. Koudekerk aan den Rijn, te Koudekerk aan den Rijn, verweerster in cassatie, adv. Mr. H.L. Duijm.
Voorgaande uitspraak
Rechtbank:
3
De grieven
Deze luiden als volgt:
Grief I
3.1
Ten onrechte heeft de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.