NJ 1989, 240
HR, 07-10-1988, nr. 13297: Boode/Hoheisel
HR 07-10-1988, ECLI:NL:PHR:1988:AB9979, m.nt. P.A. Stein (Boode/Hoheisel)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
7 oktober 1988
- Magistraten
Ras, Martens, De Groot, Hermans, Boekman, Mok
- Zaaknummer
13297
- Noot
P.A. Stein
- LJN
AB9979
- Roepnaam
Boode/Hoheisel
- JCDI
JCDI:ADS156356:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Arbeidsrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1988:AB9979, Uitspraak, Hoge Raad, 07‑10‑1988
ECLI:NL:PHR:1988:AB9979, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑10‑1988
- Wetingang
BW art. 1639bb; BW art. 1638q; BW art. 1286; Rv (oud) art. 59 lid 1 onder 3°
Essentie
Arbeidsovereenkomst.
Samenvatting
Overgang van onderneming, leidend tot bevrijding van de overdragende werkgever van zijn aansprakelijkheid voor na het tijdstip van de overgang uit de arbeidsovereenkomst of arbeidsverhouding voortvloeiende verplichtingen. Verwijzing naar HvJ EG 5 mei 1988 en HvJ EG 11 juli 1985 (NJ 1988, 907, m.nt. PAS). Motivering van matiging ex art. 1638q BW. Berekening van de wettelijke rente.
Partij(en)
Martinus Josephus Boode, te Hemelum, gem. Nijefurd, eiser tot cassatie, adv. Mr. P.S. Kamminga,
tegen
Dieter Hoheisel, te Harlingen, verweerder in cassatie, adv. Mr. K.G.W. van Oven.
Voorgaande uitspraak
Rechtbank:
Rechtsoverwegingen<
1
Hoheisel is tijdig van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.