NJ 1987, 37
HR, 08-08-1986, nr. 7030
HR 08-08-1986, ECLI:NL:PHR:1986:AC0488
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 augustus 1986
- Magistraten
Ras, Martens, Hermans, Bloembergen, Boekman, Biegman-Hartogh
- Zaaknummer
7030
- LJN
AC0488
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1986:AC0488, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑08‑1986
ECLI:NL:PHR:1986:AC0488, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑08‑1986
- Wetingang
BW art. 1:161 lid 5; Rv (oud) art. 429k lid 2
Essentie
Omgangsrecht. Achterwege laten van vaststellen van omgangsregeling als gevolg van onwil van de vrouw. Onvoldoende motivering.
Partij(en)
X., te A., verzoeker tot cassatie, adv. Mr. R.J.B. Boonekamp,
tegen
Y., te B., verweerster in cassatie, adv. Mr. W.F.A.A.A.M. van de Pol.
Voorgaande uitspraak
Hoge Raad:
1
Het geding in feitelijke instanties
Bij een op 18 april 1985 ter Griffie van de Rb. te 's-Hertogenbosch ingekomen verzoekschrift heeft verzoeker tot cassatie — verder te noemen de man — zich gewend tot de Kinderrechter en verzocht een regeling te treffen inzake de omgang tussen de man en zijn uit ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.