NJ 1987, 702
HR, 23-05-1986, nr. 6931
HR 23-05-1986, ECLI:NL:PHR:1986:AD2224, m.nt. E.A. de Alkema
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 mei 1986
- Magistraten
Ras, Martens, De Groot, Hermans, Bloembergen, Biegman-Hartogh
- Zaaknummer
6931
- Noot
E.A. de Alkema
- LJN
AD2224
- JCDI
JCDI:ADS63507:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1986:AD2224, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑05‑1986
ECLI:NL:PHR:1986:AD2224, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 23‑05‑1986
- Wetingang
Sv art. 333; EVRM art. 8; WOB art. 1 lid 1; WOB art. 4
Essentie
Onrechtmatig verkregen bewijs in alimentatieprocedure? Openbaarheid van bestuur. Rechten van de mens (‘prive-leven’).
Samenvatting
Mag de burgerlijke rechter letten op het door de vrouw overgelegde, haar door de officier van Justitie verstrekte afschrift van een door de Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (FIOD) opgemaakt strafrechtelijk proces-verbaal tegen de man? Kennisneming door derden van processtukken in een strafzaak.
Partij(en)
X te A, verzoeker tot cassatie, adv. Mr. J.W. Lely,
tegen
Y te A, verweerster in cassatie, adv. Mr. G.C.W. Baron van der Feltz.
Voorgaande uitspraak
Hoge Raad:
1
Het geding in feitelijke instanties
Bij op 4 april 1984 ingekomen verzoekschrift ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.