NJ 1987, 1
HR, 24-05-1985, nr. 12688
HR 24-05-1985, ECLI:NL:PHR:1985:AC8901, m.nt. C.J.H. Brunner, E.A. Alkema
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 mei 1985
- Magistraten
Ras, Royer, Martens, Van Den Blink, Hermans, Leijten
- Zaaknummer
12688
- Noot
C.J.H. Brunner, E.A. Alkema
- LJN
AC8901
- JCDI
JCDI:ADS113349:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Materieel strafrecht (V)
Verbintenissenrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1985:AC8901, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑05‑1985
ECLI:NL:PHR:1985:AC8901, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑05‑1985
- Wetingang
Rv (oud) art. 289; Rv (oud) art. 290; Rv (oud) art. 291; Rv (oud) art. 292; Rv (oud) art. 293; Rv (oud) art. 294; Rv (oud) art. 295; Rv (oud) art. 296; Rv (oud) art. 297; BW art. 1401; RO art. 99 lid 1 onder 2°; EVRM 4e Protocol art. 2; IVBP art. 12
Essentie
Kort geding. Onrechtmatige daad. Vordering van vrouw tegen aanrander tot verkrijging van een voorschot op geleden immateriele schade en tot een ‘straatverbod’ en een ‘parkverbod’. Plicht van aanrander tot ‘vermijdingsgedrag’; rol van de omstandigheden van het geval; belangenafweging. Feitelijk oordeel.
Samenvatting
Noten: o.a. over grondrecht van bewegingsvrijheid, ‘privatisering’ van strafrecht.
Partij(en)
X te Amsterdam, eiseres tot cassatie, adv. Mr. A.M.M. Vosman,
tegen
Y te Amsterdam, verweerder in cassatie, adv. Mr. J.C. van Oven.
Voorgaande uitspraak
Hoge Raad:
1
Het geding in feitelijke instanties
Eiseres tot cassatie — verder te noemen X — heeft bij exploot van 27 juni ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.