NJ 1985, 793
HR, 10-05-1985, nr. 6808: Brink/Keulingfreks
HR 10-05-1985, ECLI:NL:PHR:1985:AG5014, m.nt. W.C.L. van der Grinten (Brink/Keulingfreks)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 mei 1985
- Magistraten
Ras, Royer, Hermans, Bloembergen, Boekman, Mok
- Zaaknummer
6808
- Noot
W.C.L. van der Grinten
- LJN
AG5014
- Roepnaam
Brink/Keulingfreks
- JCDI
JCDI:ADS142909:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Insolventierecht / Faillissement
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1985:AG5014, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑05‑1985
ECLI:NL:PHR:1985:AG5014, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑05‑1985
- Wetingang
Fw art. 67; Fw art. 69; RO art. 99 lid 1 onder 2°; Rv (oud) art. 59 lid 1 onder 3°
Essentie
Faillissement. Verzoek aan R-C tot geven van bevel aan curator. Taak van R-C en, in hoger beroep, van Rb. Gevolgen van overschrijding van appeltermijn. Feitelijk oordeel. Motivering.
Samenvatting
1. Het betoog dat, al is de bij art. 69 tweede lid Fw gestelde termijn van drie dagen niet uitdrukkelijk op straffe van nietigheid voorgeschreven, uit de aard ervan voortvloeit dat overschrijding tot nietigheid leidt, kan niet als juist worden aanvaard. Het verbinden van zodanig rechtsgevolg aan overschrijding van de termijn zou niet stroken met het door de wetgever met het stellen ervan kennelijk beoogde doel, te weten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.