NJ 1985, 866
HR, 01-02-1985, nr. 12382
HR 01-02-1985, ECLI:NL:PHR:1985:AG4954, m.nt. W.H. Heemskerk
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
1 februari 1985
- Magistraten
Ras, Royer, Martens, Hermans, Bloembergen, Biegman-Hartogh
- Zaaknummer
12382
- Noot
W.H. Heemskerk
- LJN
AG4954
- JCDI
JCDI:ADS142176:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1985:AG4954, Uitspraak, Hoge Raad, 01‑02‑1985
ECLI:NL:PHR:1985:AG4954, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑02‑1985
- Wetingang
Rv (oud) art. 611a; Rv (oud) art. 611b; BW art. 1339; NBW art. 6.1.3.1
Essentie
Deelbaarheid van verbeurde dwangsommen volgens het oude (voor 1 jan. 1978 geldende) recht.
Samenvatting
De dwangsommen waren verschuldigd aan vijf personen, van wie er twee kwijtschelding daarvan hebben verleend. Een dwangsom vormt, nadat zij is verbeurd, niet meer een prikkel tot nakoming van de uitgesproken veroordeling. Mitsdien is er geen reden om op grond van de strekking van de dwangsom af te wijken van hetgeen op het stuk van de deelbaarheid in het algemeen geldt ten aanzien van verbintenissen tot betaling van een geldsom.
Partij(en)
1. Hubertus Maria Cornelis Van Tuijn, te Dongen,
2. Drs. Stanislaus van Tuijn, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.