NJ 1981, 615
HR, 31-08-1981, nr. 5863
HR 31-08-1981, ECLI:NL:PHR:1981:AC7304
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
31 augustus 1981
- Magistraten
Dubbink, Haardt, Martens, Hermans, Haak
- Zaaknummer
5863
- LJN
AC7304
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1981:AC7304, Uitspraak, Hoge Raad, 31‑08‑1981
ECLI:NL:PHR:1981:AC7304, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 31‑08‑1981
- Wetingang
Rv (oud) art. 426a lid 2
Essentie
Strekking van art. 426a lid 2 Rv.
Samenvatting
Art. 426a tweede lid Rv strekt enerzijds hiertoe, dat eventuele verweerders uit het verzoekschrift kunnen opmaken waartegen zij zich hebben te verdedigen, anderzijds om de cassatierechter te doen weten waarover zijn beslissing wordt gevraagd. Het verzoekschrift van De Tilburgsche Hypotheekbank schiet in beide opzichten tekort. Het daarin opgenomen voorbehoud — de gronden van beroep nader te formuleren — zou slechts uitkomst hebben kunnen bieden in bijzondere omstandigheden, waaromtrent in het onderhavige geval niets is gesteld of gebleken. De Tilburgsche Hypotheekbank dient daarom niet-ontvankelijk te worden verklaard ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.