NJ 1981, 11
HR, 03-10-1980, nr. 11626
HR 03-10-1980, ECLI:NL:PHR:1980:AB8507
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
3 oktober 1980
- Magistraten
Dubbink, Drion, Haardt, Martens, De Groot
- Zaaknummer
11626
- LJN
AB8507
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1980:AB8507, Uitspraak, Hoge Raad, 03‑10‑1980
ECLI:NL:PHR:1980:AB8507, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑10‑1980
- Wetingang
Rv (oud) art. 339
Essentie
Incidenteel appel (ontvankelijkheid).
Samenvatting
Op gronden, aangegeven in het arrest van de HR van 19 dec. 1975, NJ 1976, 574, moet worden aangenomen dat, indien een principaal beroep is gericht tegen een tussenvonnis en een eindvonnis, de niet-ontvankelijkheid van dat beroep voor zover gericht tegen het tussenvonnis niet in de weg staat aan de ontvankelijkheid van het tegen dat tussenvonnis gerichte incidentele beroep.
Voorgaande uitspraak
Th.J. van Sinten, te Boekel, eiser tot cassatie van drie vonnissen van de Rb. te 's-Hertogenbosch, tussen pp. gewezen en onderscheidenlijk op 15 sept. 1978, 18 mei 1979 en 9 nov. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.