NJ 1981, 4
HR, 02-09-1980, nr. 72106U
HR 02-09-1980, ECLI:NL:PHR:1980:AB8067
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
2 september 1980
- Magistraten
Drion, Bronkhorst, Royer, Martens, Van Den Blink
- Zaaknummer
72106U
- LJN
AB8067
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Uitlevering en overlevering
EU-recht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1980:AB8067, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑09‑1980
ECLI:NL:PHR:1980:AB8067, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑09‑1980
- Wetingang
Essentie
‘Feit’ in art. 2 lid 1 Europees Uitleverings Verdrag en art. 5 lid 1, onder a, Uitleveringswet betekent ‘materieel feit’.
Op grond van art. 2 lid 2 Verdrag is de aangezochte partij bevoegd uitlevering toe te staan indien sommige feiten niet voldoen aan de voorwaarde met betrekking tot de hoogte van de straf.
Uitlevering is niet toelaatbaar indien de opgeeiste persoon zich tegen de herroeping van uitstel van executie niet kon of zal kunnen verweren.
Samenvatting
Met ‘feiten’ in art. 2 lid 1 Verdrag en 5 lid 1, onder a, Uitleveringswet wordt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.