NJ 1980, 299
HR, 19-10-1979, nr. 11486
HR 19-10-1979, ECLI:NL:PHR:1979:AC6691, m.nt. F.H.J. Mijnssen
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 oktober 1979
- Magistraten
Dubbink, Drion, Snijders, Haardt, De Groot
- Zaaknummer
11486
- Noot
F.H.J. Mijnssen
- LJN
AC6691
- JCDI
JCDI:ADS62634:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Verbintenissenrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1979:AC6691, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑10‑1979
ECLI:NL:PHR:1979:AC6691, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑10‑1979
- Wetingang
WAB art. 19
Essentie
De verzorging van het incasso van de verzekeringspremien voor de verzekeraar, waartoe de tussenpersoon daargelaten de in lid 1 van art. 19 Wet Assurantiebemiddeling genoemde uitzonderingen krachtens art. 19 van die wet bevoegd is, brengt ook de bevoegdheid mede om de premien op eigen naam in rechte in te vorderen.*
Samenvatting
*Zie de noot onder het arrest (Red.).
Partij(en)
De naamloze vennootschap NV Algemene Risico Verzekering Maatschappij Mercurius, te Nijkerk, eiseres tot cassatie van een tussen pp. gewezen vonnis van de Rb. te Arnhem van 7 dec. 1978, adv. Mr R. Laret,
tegen
M. de Kruif, te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.