HR, 14-04-1978, nr. 11223

Documentgegevens:

HR 14-04-1978, ECLI:NL:PHR:1978:AC3514

Instantie: Hoge Raad
Datum: 14 april 1978
Magistraten: Dubbink, Minkenhof, Drion, Snijders, Haardt
Zaaknummer: 11223
LJN: AC3514
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Arbeidsrecht / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1978:AC3514, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑04‑1978
ECLI:NL:PHR:1978:AC3514, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑04‑1978
Wetingang: Rv (oud) art. 49 aanhef onder 3°; BW art. 1638x

Essentie

Vraag of werkgever heeft voldaan aan de uit art. 1638x, lid 1, BW voortvloeiende verplichtingen. Motiveringsgebrek.

Samenvatting

1. De gronden waarop de Rb. zich verenigt met de beslissing van de Ktr. dat aan Messaoudi voldoende aanwijzingen waren verstrekt met het oog op de bescherming tegen gevaar, zijn geenszins onbegrijpelijk; dat in het onderhavige geval die instructies via gebaren geeigend waren door Messaoudi, die de Nederlandse taal niet machtig was, te worden begrepen en door hem ook zijn begrepen, is een feitelijk oordeel dat in cassatie niet ter toetse kan komen. Evenmin blijkt dat de Rb. daarbij van een verkeerde ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.