NJ 1978, 54
HR, 26-11-1976, nr. 10896
HR 26-11-1976, ECLI:NL:PHR:1976:AC5823, m.nt. A.R. Bloembergen
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 november 1976
- Magistraten
Ras, Van Der Linde, Drion, Koster, Haardt
- Zaaknummer
10896
- Noot
A.R. Bloembergen
- LJN
AC5823
- JCDI
JCDI:ADS125474:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Huurrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1976:AC5823, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑11‑1976
ECLI:NL:PHR:1976:AC5823, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑11‑1976
- Wetingang
Huurwet art. 18; Rv (oud) art. 19a; BW art. 1904; BW art. 1905; BW art. 1906; BW art. 1907; BW art. 1908; BW art. 1909; BW art. 1910; BW art. 1911; BW art. 1912; BW art. 1913; BW art. 1914; BW art. 1915; BW art. 1916; BW art. 1917; BW art. 1918; BW art. 1919; BW art. 1920; BW art. 1921; BW art. 1922; BW art. 1923; BW art. 1924; BW art. 1925; BW art. 1926; BW art. 1927; BW art. 1928; BW art. 1929; BW art. 1930; BW art. 1931
Essentie
1. Vraag of gewezen huurder zich te goeder trouw op huurbescherming kan beroepen.
2. Verklaringen van partijen en van derden ter gelegenheid van comparitie voorzien bij art. 19 Rv. waarvan processen-verbaal zijn opgemaakt die niet door partijen zijn ondertekend. Gevolg van dit verzuim ten opzichte van die verklaringen van partijen en van door derden afgelegde verklaringen.
Samenvatting
1. De opvatting van de Rechtbank dat Van der Vliet, eiser tot cassatie, zich onder de door de Rechtbank vastgestelde omstandigheden tegenover Meijer, verweerder in cassatie, niet te goeder trouw op huurbescherming kon beroepen, indien zou komen vast te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.