NJ 1977/73
HR, 21-05-1976, nr. 11017: Oosterhuis/Unigro
HR 21-05-1976, ECLI:NL:PHR:1976:AC5738, m.nt. G.J. Scholten (Oosterhuis/Unigro)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 mei 1976
- Magistraten
Wiarda, Ras, Minkenhof, Drion, Haardt
- Zaaknummer
11017
- Conclusie
A-G Berger
- Noot
G.J. Scholten
- LJN
AC5738
- Roepnaam
Oosterhuis/Unigro
- JCDI
JCDI:ADS155850:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Verbintenissenrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1976:AC5738, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑05‑1976
ECLI:NL:PHR:1976:AC5738, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑05‑1976
- Wetingang
BW art. 1272; Rv (oud) art. 611; Rv (oud) art. 611b lid 2
Essentie
Toelaatbaarheid van veroordeling van partij bij overeenkomst tot nakoming van haar verplichtingen uit de overeenkomst.
Veroordeling waaraan dwangsom kan worden verbonden.
Mogelijkheid om op te komen tegen tenuitvoerlegging van het vonnis voor het verbeurde bedrag van de dwangsom.
Samenvatting
1
Tussen partijen is in of omstreeks mei 1974 een overeenkomst gesloten tot de gehele nakoming waarvan het Hof bij het bestreden arrest O. heeft veroordeeld op straffe van een dwangsom en die voor O. de navolgende verplichtingen inhield: het verhuren van de zaak, het verhuren van de woning, het doen overnemen door Unigro van de goederen tegen factuurwaarde, en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.