NJ 1977, 181
HR, 27-02-1976, nr. 10919
HR 27-02-1976, ECLI:NL:PHR:1976:AB6106, m.nt. W.H. Heemskerk
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
27 februari 1976
- Magistraten
Wiarda, Ras, Van Der Linde, Minkenhof, Koster
- Zaaknummer
10919
- Noot
W.H. Heemskerk
- LJN
AB6106
- JCDI
JCDI:ADS113240:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1976:AB6106, Uitspraak, Hoge Raad, 27‑02‑1976
ECLI:NL:PHR:1976:AB6106, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑02‑1976
- Wetingang
Rv (oud) art. 154; Rv (oud) art. 157a; Rv (oud) art. 157b
Essentie
Bedongen is: ‘Alle geschillen in verband met de onderhavige overeenkomst en de uitvoering daarvan worden in eerste aanleg berecht door de bevoegde rechter te Rotterdam’. Vraag of beroep op een beding als het onderhavige, voor de Groningse rechter gedaan, moet worden beschouwd als exceptie dat een andere gewone rechter bevoegd is in de zin van art. 154, tweede lid, Rv., alsmede of een op zodanig verweer gegeven beslissing is een beslissing omtrent de bevoegdheid als bedoeld in de artt. 157a en 157b Rv.
Samenvatting
Blijkens de Memorie van Toelichting van de Wet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.