NJ 1975, 410
HR, 21-03-1975
HR 21-03-1975, ECLI:NL:PHR:1975:AC5561
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 maart 1975
- Magistraten
Hollander, Van Der Linde, Minkenhof, Drion, Koster
- Zaaknummer
[1975-03-21/NJ_55365]
- LJN
AC5561
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Verbintenissenrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1975:AC5561, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑03‑1975
ECLI:NL:PHR:1975:AC5561, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑03‑1975
- Wetingang
BW art. 1401; Rv (oud) art. 59 aanhef onder 3°
Essentie
1. Heeft het Hof het recht geschonden door uitvoering van werkzaamheden (door de gemeente te verrichten, deels als onteigenaar gerechtigd tot voorlopige inbezitneming van het pand, deels als overheid gehouden tot het vrijmaken van de straat) zonder deskundige bijstand als onrechtmatig aan te merken?
2. Motiveringsgebreken.
Samenvatting
1. Het Hof heeft in de eerste plaats de toevertrouwing van de ontruiming aan een deurwaarder en personeel van de stadsreiniging zonder enige deskundige hulp of begeleiding (klaarblijkelijk op het gebied van de beeldhouwkunst) en het transport en de opslag van Meletics eigendommen zonder enig deskundig toezicht aangemerkt als een ongerechtvaardigde ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.