NJ 1976, 122
HR, 15-11-1974
HR 15-11-1974, ECLI:NL:PHR:1974:AC4375, m.nt. E.A.A. Luijten
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
15 november 1974
- Magistraten
Wiarda, Hollander, Ras, Van Der Linde, Minkenhof
- Zaaknummer
[1974-11-15/NJ_55592]
- Noot
E.A.A. Luijten
- LJN
AC4375
- JCDI
JCDI:ADS113919:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Personen- en familierecht / Alimentatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1974:AC4375, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 15‑11‑1974
ECLI:NL:PHR:1974:AC4375, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑11‑1974
- Wetingang
BW art. 1:401
Essentie
1. Overeenkomst betreffende levensonderhoud (echtscheidingsconvenant) waarbij art. 401, lid 3, Boek 1 BW geen toepassing kan vinden.
2. Vraag of dit convenant een onzedelijke overeenkomst is, en of vrouw zich aan misbruik van omstandigheden heeft schuldig gemaakt.
3. Wijziging van bij het convenant vastgestelde uitkering.
Samenvatting
1. Alleen dan zal sprake kunnen zijn van overeenkomsten aangegaan met grove miskenning van de wettelijke maatstaven in de zin van art. 401, lid 3, Boek 1 BW, indien de echtgenoten bij bepaling van hetgeen de een als uitkering tot levensonderhoud zal zijn verschuldigd, zich wel op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.