NJ 1974, 513
HR, 27-06-1974
HR 27-06-1974, ECLI:NL:PHR:1974:AC5470, m.nt. G.J. Scholten
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
27 juni 1974
- Magistraten
Wiarda, Hollander, Van Der Linde, Minkenhof, Drion
- Zaaknummer
[1974-06-27/NJ_54927]
- Noot
G.J. Scholten
- LJN
AC5470
- JCDI
JCDI:ADS113905:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Huurrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1974:AC5470, Uitspraak, Hoge Raad, 27‑06‑1974
ECLI:NL:PHR:1974:AC5470, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑06‑1974
- Wetingang
BW art. 1631a lid 7
Essentie
Door huurder van bedrijfsruimte als bedoeld in art. 1624, lid 2, BW gemaakte kosten tot behoud van het pand. Moet hiermede worden rekening gehouden bij vaststelling van de huurprijs op grond van art. 1631a, lid 7, BW?
Samenvatting
Het eerste cassatiemiddel bevat de klacht dat de Rechtbank bij de vaststelling op grond van art. 1631a, lid 7, BW van de huurprijs geen rekening heeft gehouden met de volgens verzoeksters door haar in het verleden voor het behoud van het door haar gehuurde pand gemaakte kosten, terwijl deze kosten rechtens ten laste van de verhuurder komen.
Ter motivering ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.